Panasonic NVDS35EG - Manuale (Pagina 4)

Veilfgheidsinformatie
Cif
itlM-
Camerarecorder
•Het identificatieplaatje bevindt zieh aan de
3 onderkant van de Camerarecorder. d
j! Netspanningsadapter
«Het identificatiepiaatje bevindt zieh aan de B
; onderkant van de netspanningsadapter. fl
^ «Aangezien deze netspanningsadapter heet
wordt tijdens het gebruik, dient u deze te 'S
' gebruiken in een goed geventiieerde ruimte. '
I
Gebruik de netspanningsadapter niet in een ■
'i kieine afgesloten ruimte, zoaiS’in een ^
J boekenkast of op een dergelijke plaats. 4
■ Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door
en gebruik de camerarecorder op de juiste wijze.
•Letsei of materiëie schade ais gevoig van enig-gebruik
van deze camerarecorder niet overeenkomstig de
bedieningsinstructies zoals beschreven in deze
gebruiksaanwijzing, zijn voor de voiiedige
‘ verantwoordeiijkheid van de gebriiiker. '
Uitproberen van de camerarecorder
Probeer de camerarecorder eerst uit alvorens uw eerste
belangrijke gebeurtenis op te nemen,'om te controleren dat
deze goed opneemt en juist werkt.
De fabrikant is niet verantwoordeiijk voor verlies van
opgenomen materiaal
Dè fabrikant kan onder geen voorwaarde verantwoordeiijk ■
worden gehouden voor het verlies van opgenomen materiaal
als gevoig van een storing of defect van deze
camerarecorder, de accessoires of de vidéocassettes.
Let goed op de auteurswetten
Het opnemen van voorbespeelde vidéocassettes, dises of
ander gepubliceerd of uitgezonden materiaal, met een doel
anders dan privégebruik voor uzelf, kan inbreuk plegen op de
auteurswetten. Zelfs opnemen voor privégebruik kan voor
bepaald materiaal verboden zijn.
•Windows is een handelsmerk of wettig gedeponeerd
handelsmerk van Microsoft Corporation U.S.A.. Mac OS is
een handelsmerk of wettig gedeponeerd handelsmerk van
Apple Computer Inc.
•Alle andere bedrijfs- en produetnamen in deze
gebruiksaanwijzing zijn handelsmerken of wettig
gedeponeerde handelsmerken van hun respectlevelijke
elgenaren.
Bladzijden met meer informatie
Bladzijden met meer informatie worden aangegeven met een
pijl, bijvoorbeeld: (-» 00)
■ WAARSCHUWING
•Om het gevaar van brand, elektrische schokken en
hinderlijke storing te voorkomen, adviseren wij u om
uitsluitend de aanbevolen accessoires te gebruiken en
het apparaat niet bloot te stellen aan regen of vocht.
Demonteer de buitenpanelen en deksels niet: binnenin
de camerarecorder bevinden zieh geen onderdelen die
door de gebruiker zelf kunnen worden onderhouden of
gerepareerd. Laat onderhoud en reparatie over aan
servicepërsoneel.
■ EMC Elektrische en Magnetische Compatibiliteit
• Dit symbool (CE) wordt afgebeeld op het
identificatieplaatje.
Inhoud
StandaardiaecÄSSöires............................. .................■............ 6
Bedieningsorganen en onderdelen
7
De drie stroomvoorzieningsbronnen....................................... 10
■ Ji Gebruik van een stopcontact als
stroomvoerzieningsbron ........... ;................................... 10
■ Gebruik van de auto-acculader als
J stroomvoerzieningsbron van de camerarecorder______ 10
■ Gebruik van de accu als stroomvoerzieningsbron :.. 11s
?;■ Oplaadlampje [CHARGE]' . ■............................................. 11
Plaatsen van de videocassette ■.............................................. 13
'■W LP-functie............................ . . : J .'. . .■'*14
Gebruik van de zoeker...............................................................15
Gebruik van de LCD-monitor.................................................... 15
Härteren van de lensdop................................................. 16
Äfstellen van de handriem ......... ........ .............. ,.. j. i.. 16
Bevestigen van de schouderriem............................................. 16
Opnemen..................................................................................... 17
Controleren of het beeid is opgenomen
(opnamecontrolefunctie)....................................................... 18
Opnemen van scènes met tegenlicht
(tegenlichtcompensatiefunctie)........ ...'.............................. 18
Opnemen van uzelf met de LCD-monitor naar voren gerlcht
(zelfopnamefunctie) 19
Vergroten van het onderwerp of verbreden van de
opnamehoek (inzoomen en uitzoomen). '............. . . . . 20
Verder vergroten van het onderwerp ’
(digitale zoomfunctie) ........................................................21
Opnemen van momentopnamen op de videocassette >
(momentopnamefunctie)........... .. : . . . . . . : . . . : 22
■ Progressive Photoshot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .' 23
Opnemen in de bioscoopfuhetie . . . . . . . . . . . . 25
Opnemen met minimaal bewegen van het beeid '
(superbeeidstabilisatorfunctie) . . .. 2g
Weergeveh’van de zojujst opgenomen sçèàes’op'cje - ‘ ;
camerarecorder (weetgevéh).............................................. 27
■ Instellen van het volumeniveau .. i .r.,. : . . . . .. 27
■ Herhaalde-weergavefunctie ........................................... 27
Zoeken naar een scène die u will weergeven.........: .. . 28
Weergeven in slow motion
■ (slow motionTweergavefunctie). . j . . . . . . . . . . . . . .■ . . , 29
Weergeven van stilstaande. beeiden en. deze één voor één < ?
; doordraaien (stilstaand-beeld-weejgavefunotie/ i-'
beeld-voor-beeld-weergavefunctie).....................................30
Weergeven op een tv
(met het uitgangsstatlon [AV ONE TOUCH STATION]
aan de camerarecorder bevestigd) .................................... 31
Na gebruik.................................................................................. 32