Activeren van de surround-/dsp- functies, 7 auto surround, 7 meer over de dsp-functies – JVC RX-D411 Manuale d'uso
Pagina 47

Activeren van de Surround-/DSP-
functies
De beschikbare Surround-/DSP-functies zijn afhankelijk van de
luidsprekerinstellingen en de binnenkomende signalen. Zie
bladzijde 42 voor details aangaande de surroundfuncties.
Door een van de Surround-/DSP-functies te activeren,
worden automatisch de vastgelegde instellingen en
keuzes opgeroepen.
• Voor het instellen van het luidsprekeruitgangsniveau,
zie bladzijde 36.
• Indien een van de Surround-/DSP-functies is
geactiveerd, kunt u de middentoon instellen (zie
bladzijde 38).
• Indien een van de Surround-/DSP-functies
(uitgezonderd PLIIx MUSIC, PLII MUSIC, NEO:6 MUSIC
en ALL CH STEREO) is geactiveerd, kunt u de vertikale
lokalisatie van het middenkanaal instellen (zie bladzijde 38).
• Door “NEO:6 MUSIC” te activeren, kunt de
geluidslokalisatie van het middenkanaal instellen (zie
bladzijde 38).
• Indien een van de DSP-functies (uitgezonderd ALL CH
STEREO), kunt u de volgende instellingen maken:
– Effectniveau (zie bladzijde 37)
– Live-effect (zie bladzijde 37)
– Virtuele kamerformaat (zie bladzijde 37)
• Indien “PLIIx MUSIC” en “PLII MUSIC” is geactiveerd,
kunt u de volgende instellingen maken:
– Lokalisatie middenkanaal (zie bladzijde 38)
– Geluidspositie (zie bladzijde 38)
– Panoramaregeling (zie bladzijde 38)
7 AUTO SURROUND
U kunt de surroundfunctie gemakkelijk gebruiken voor
weergave van een digitale bron.
• Zie bladzijde 44 voor de Surround-/DSP-functiekeuze.
Hoe werkt “AUTO SURROUND”?
• Indien een multikanaal signaal wordt ontvangen, wordt
automatisch een passende surroundfunctie gekozen.
• Indien een Dolby Digital 2-kanaal signaal met surround
wordt ontvangen, wordt “PLIIx MOVIE” of “PLII MOVIE”
gekozen.
• Indien een Dolby Digital 2-kanaal signaal zonder surround
wordt ontvangen, wordt “SURROUND OFF (stereo)”
gekozen.
• Indien een lineair PCM-signaal wordt ontvangen, wordt
“SURROUND OFF (stereo)” gekozen.
• De AUTO SURR indicator licht op het display op indien
“AUTO SURROUND” is geactiveerd.
OPMERKINGEN
“AUTO SURROUND” werkt niet in de volgende gevallen:
– Bij weergave van een analoge bron,
– Indien een van de vastgestelde digitale decoderingsfuncties is
gekozen—“DOLBY DIGITAL” of “DTS” (zie bladzijde 22).
7 Meer over de DSP-functies
• De volgende DSP-functies zijn, ongeacht het
binnenkomende signaaltype, beschikbaar:
HALL1, HALL2, LIVE CLUB, DANCE CLUB, PAVILION,
THEATRE1, THEATRE2
• Indien multikanaal (meer dan 2 kanalen) digitale signalen
worden ontvangen, kan “MONO FILM” niet worden gebruikt.
• “ALL CH STEREO” kan niet worden gebruikt indien
“SURROUND SPK” op “NO” is gesteld.
Virtual Surround Back
Indien u surroundluidsprekers heeft aangesloten (en
geactiveerd), kunt u Virtual Surround Back gebruiken.
Met deze functie wordt een achter-surroundeffect
gesimuleerd zodat het lijkt alsof een
surroundachterluidspreker is aangesloten.
• De VIRTUAL SB indicator licht op het display op.
Virtual Surround Back wordt geactiveerd indien een andere
instelling dan “OFF” kiest voor de EX/ES/PLIIx instelling en
tijdens weergave van software met de volgende signalen:
– Dolby Digital Surround EX
– DTS-ES
– Dolby Digital of DTS met 4-kanalen of meer
43
NL_39-44_Surround.indd 43
NL_39-44_Surround.indd 43
6/12/06 10:46:06 AM
6/12/06 10:46:06 AM