Beperkingen van het minidisc-systeem – Sony DHC-MDX10 Manuale d'uso

Pagina 88

Advertising
background image

88

NL

DHC-MDX10 3-866-529-54(1) NL

Beperkingen van het
minidisc-systeem

Het opnamesysteem van uw minidisc-
recorder is gebonden aan een aantal
specifieke beperkingen, waarvan hieronder
een overzicht volgt.
Deze beperkingen zijn inherent aan het
ontwerp van het minidisc-systeem en duiden
niet op storing in uw apparatuur.

De “Disc Full” foutmelding
verschijnt reeds vóór het
bereiken van de maximale
opnameduur

Wanneer er 255 nummers op de minidisc zijn
opgenomen, zal de “Disc Full” foutmelding
verschijnen, ongeacht de feitelijke opnameduur. Een
minidisc kan niet meer dan 255 muziekstukken
bevatten. Om door te gaan met opnemen, dient u
muziekstukken te wissen of een andere minidisc te
gebruiken.

De “Disc Full” foutmelding
verschijnt reeds vóór het bereiken
van het maximaal aantal
muziekstukken (255)

Soms kunnen de zachtere passages binnen
muziekstukken worden opgevat als pauzes
ertussen, zodat het aantal nummers het feitelijk
aantal muziekstukken overschrijdt. Dan zal de
“Disc Full” foutmelding al gauw verschijnen.

De resterende opnameduur
vermeerdert niet, ook na het
wissen van diverse korte nummers

Nummers van minder dan 12 seconden lengte tellen
niet mee, zodat het wissen ervan niet tot meer
beschikbare opnameduur zal leiden.

Bepaalde muziekstukken laten zich
niet met andere samenvoegen

Na bewerking kunnen muziekstukken van minder
dan 12 seconden niet meer met andere te
combineren zijn.

De totale opgenomen speelduur plus
de resterende beschikbare
opnameduur op de minidisc komen in
totaal niet aan de nominale speelduur
van de disc (60,74 tot 80 minuten)

Het opnemen wordt verricht in minimum-eenheden
van 2 seconden, ongeacht de lengte van het
opgenomen materiaal. Dit kan leiden tot een geringe
afwijking van de nominale speelduur. Daarnaast
kan de speelduur van een minidisc beperkt worden
door krassen en dergelijke.

Bij het doorzoeken van muziekstukken
die door bewerking zijn samengesteld
valt het geluid af en toe weg

Muziekstukken die niet rechtstreeks zijn opgenomen,
maar door bewerking zijn samengesteld, kunnen nogal
over de minidisc verspreid zijn en dan kan de versnelde
weergave het zoeken niet altijd bijhouden.

De muziekstuknummers worden
niet juist vastgelegd

Ook al wordt er tijdens analoog opnemen “L-SYNC” (zie
blz. 42) in het uitleesvenster aangegeven, dan nog kunnen
de muziekstuknummers soms niet naar behoren worden
vastgelegd aan het begin van elk muziekstuk:
• Als het ingangssignaal minder dan twee seconden lang

onder het grensniveau blijft, m.a.w. bij een te korte
pauze tussen twee muziekstukken;

• Als het ingangssignaal midden in een muziekstuk

langer dan twee seconden onder het grensniveau blijft.

Overzicht van het één-generatie
kopieersysteem (“Serial Copy
Management System”)

Digitale audio-apparatuur zoals voor compact discs,
minidiscs en DAT cassettes maken het mogelijk om
vrijwel perfecte kopieën te maken van geluidsmateriaal,
want bij het kopiëren van digitale signalen blijft de
kwaliteit intact.
Ter bescherming van de auteursrechten van componisten
en musici is dit apparaat voorzien van het “Serial Copy
Management System” dat slechts één generatie aan
volledig digitale kopieën toestaat via digitale
aansluitingen.

Via digitale aansluitingen kunt u
uitsluitend een eerste-generatie kopie*
maken van digitaal geluidsmateriaal.

Bijvoorbeeld:
1 U kunt een digitale kopie maken van een in de handel

verkrijgbaar digitaal medium (zoals een compact disc of
een voorbespeelde minidisc), maar het is niet mogelijk
van deze kopie weer een (tweede-generatie) kopie te
maken.

2 U kunt een digitale kopie maken van het digitaal

opgenomen geluid van een oorspronkelijk analoge
geluidsbron (zoals een grammofoonplaat of een
muziekcassette) of een opname van een digitale
satelliet-uitzending, maar hiervan kunt u weer geen
tweede-generatie kopie maken.

* Een eerste-generatie kopie is een digitale opname van

digitale signalen, gemaakt met digitale
geluidsapparatuur. Als u bijvoorbeeld met deze
minidisc-recorder en de CD-speler van uw stereo-
installatie het geluid van een compact disc opneemt, is
dit een eerste-generatie digitale kopie.

Opmerking

Het één-generatie kopieersysteem legt u geen
beperkingen op wanneer u opneemt via analoge
aansluitingen.

Advertising